Skip to main content

Terugblik inspiratiesessie: hoe beïnvloedt de stad ons brein?

Binnenstedelijke verdichting is noodzakelijk, maar hoe behouden we de menselijke maat? Wat doet een dichtbebouwde stad met onze beleving? En hoe kunnen ontwerpkeuzes bijdragen aan een omgeving die prettig aanvoelt op ooghoogte?

Binnen ons nieuwe thema ‘Ruimte maken’ doken we op woensdagavond 5 maart 2025 tijdens een inspiratiesessie in de wereld van neuroarchitectuur: hoe beïnvloedt de gebouwde omgeving ons brein en welzijn? In een volle zaal, met opvallend veel nieuwe én jonge gezichten, gingen we in gesprek over de menselijke maat bij binnenstedelijke verdichting. De setting – het Projectbureau Peperstraat, vlak bij Filmtheater De Fabriek – droeg bij aan de open en energieke sfeer van de avond.

Twee perspectieven op dezelfde opgave

De sessie bracht zowel praktijk als theorie samen. Hans Karssenberg (partner bij STIPO) sprak over ‘The City at Eye Level’ en ging in op verblijfskwaliteit, functiemix en het plintenprogramma, met voorbeelden uit onder andere Utrecht en Inverdan. Hij belichtte helder welke schaalniveaus cruciaal zijn voor een prettige stedelijke ervaring en hoe deze niveaus invloed hebben op de interactie tussen gebouwen en de openbare ruimte. Daarnaast besprak hij hoe wij als mensen een ‘kikker-oog’ hebben – een manier van waarnemen waarbij we stilstaande en bewegende objecten anders ervaren. Dit perspectief helpt om beter te begrijpen welke elementen in de gebouwde omgeving bijdragen aan een prettige en dynamische stadsbeleving.

Frank Suurenbroek (lector Bouwtransformatie aan de faculteit Techniek van de Hogeschool van Amsterdam) bracht vervolgens een wetenschappelijk perspectief: hoe meet je de invloed van verdichting op de beleving van stedelijke ruimte? Zijn analyse was theoretisch, soms complex, maar juist daarom ook intrigerend. Wat gebeurt er als we wetenschappelijke objectivering toepassen op iets wat vaak intuïtief wordt ervaren? Hoewel sommige deelnemers aangaven dat deze benadering lastig te reproduceren was, gaf het tegelijk waardevolle inzichten over hoe we beleving kunnen meenemen in het ontwerpproces. Neuroarchitectuur is een relatief nieuwe tak van wetenschap en opent nieuwe perspectieven op de relatie tussen stedelijke dichtheid en de menselijke ervaring. 

Een inspirerende avond met vervolgvragen

De inspiratiesessie maakte duidelijk dat er nog veel te ontdekken valt binnen dit thema. Ook concrete ontwerpkeuzes kwamen aan bod: de impact van gevelontwerpen (balkons versus gladde gevels), variatie in prijsniveaus, en de noodzaak om werkplekken te integreren in woongebieden. Daarbij bleef een belangrijk uitgangspunt overeind: gelegenheid scheppen in plaats van afdwingen. Hans Karssenberg pleitte voor ambachtelijke maakplaatsen in de plint van stedelijke verdichtingsprojecten, in plaats van een volledige focus op wonen. Deze maakplaatsen zouden bijdragen aan de identiteit van de stad en de verbinding tussen bewoners en de ruimte versterken.

De bijeenkomst werd niet alleen inhoudelijk sterk gewaardeerd, maar ook de sfeer was goed – tijdens de nazit ontstond een levendige discussie tussen deelnemers uit de ontwerppraktijk, wetenschap en beleidswereld. Met een betrokken publiek en veel nieuwe gezichten smaakt deze sessie naar meer.

Welke aspecten van neuroarchitectuur zouden we verder moeten onderzoeken? We horen graag jullie gedachten!

Foto's: Patrick Hudepohl.